vrijdag 24 december 2010

Interview Financieele Dagblad

Brazilië
Wie: Boudewijn Rooseboom (33)
Wat: Stonerose Property
Waar: Natal (Brazilië)
Sinds: 2004
Droom: Verantwoord ondernemen

'Trots mogen we best zijn op ons handelsverleden. In Brazilië staan Nederlanders goed te boek. Brazilië was beter af geweest als de Nederlanders waren gebleven, althans dat is wat de Brazilianen me vertellen. Ik kan me daar wel iets bij voorstellen. Nederland is een vrij land, met een liberaal gedachtegoed. We denken objectief en analytisch.'

'Mede door de slavernij heeft het individu in Brazilië zich nooit kunnen ontwikkelen. Een Braziliaan zal zich dus niet snel uitspreken. Hij blijft altijd vriendelijk glimlachen en zoekt de confrontatie liever niet op. Ziet hij een afspraak niet zitten, dan komt hij die gewoon niet na. Als ondernemer moet je daarop anticiperen. Het komt voor dat ik vooruitbetaald werk dat niet wordt uitgevoerd moet afschrijven. Een risico, maar als ik hier in loondienst zou werken, zou ik helemaal knettergek worden.'

'Nederlanders hebben een holistische blik en zijn echte bemiddelaars. Ik heb meegemaakt dat ik voor zaken aan tafel zat met een Braziliaan en een Rus. De Rus begon als een botte boer te hakken en had niet door dat de Braziliaan, die zaken doet op basis van vertrouwen, allang was afgehaakt. Dan merk je opeens heel concreet het voordeel van het Nederlandse inlevingsvermogen.'

'Ik zou liegen als ik beweerde dat ik per se in Brazilië wilde wonen. Ik had tijdens mijn reizen net zo goed ergens anders kunnen blijven hangen. Maar ik wilde wel weg uit Nederland. Ik vond het er saai. Het welvaartsniveau ligt te hoog en het arbeidsethos te laag. De welvaart waarin we leven staat niet in verhouding tot het werk dat we ervoor doen. En het klimaat; waarom zou ik in de regen blijven zitten?'

donderdag 3 juni 2010

Inflatie in Brazilië

Mijn reactie op een artikel over Brazilie van Allard Grunnink op de website "De Kritische Belegger" (www.dekritischebelegger.nl)

Het staat buiten kijf dat Brazilie inderdaad een land in opmars is. En een land in opmars heeft, in tegenstelling tot een land in neergang, een positief economisch perspectief. Geld hebben ze wel in Brazilie, maar het is nu zaak om daar constructief mee om te gaan.
Inflatie, de grote angst van het land, wordt in Brazilie niet veroorzaakt door een stijging van de grondstofprijzen, ook betreft het geen, zoals in veel westerse landen wel het geval is, monetaire inflatie (bijprinten van geld) en van wisselkoers inflatie - de Braziliaanse real was in de afgelopen jaren één van de sterkst stijgende munteenheden ter wereld - is ook geen sprake. In Brazilie wordt de inflatie veroorzaakt door a) overmatige overheidsuitgaven (fiscale inflatie) en b) de klassieker; overbesteding met als gevolg bestedingsinflatie. Wat de overheidsuitgaven betreft verwacht ik dat ongeacht de uitkomst van de verkiezingen in oktober deze zullen worden teruggebracht.* Het vraagstuk van overbesteding is dan ook veel interessanter.

Overbesteding omschrijft de situatie waarin de vraag het aanbod overstijgt. Of anders gezegd het aanbod niet aan de vraag kan voldoen. Er wordt te veel geld uitgegeven voor te weinig goederen waardoor de prijzen zullen stijgen. Hierdoor ontstaat bestedingsinflatie wat het gevolg kan zijn van (overmatige) geldschepping in de vorm van kredieten door de geldscheppende banken. Want hoe kunnen mensen en bedrijven betalen voor de extra vraag die ze uitoefenen? Het lenen van geld vergroot de collectieve vraag en zal in een situatie van overbesteding, wanneer de productiecapaciteit nog niet is meegegroeid, leiden tot prijsstijging. Bedrijven zitten in zo’n situatie met een volledig bezette productiecapaciteit en hebben moeite om aan de vraag van hun klanten te voldoen.

Uit bovenstaande is dus op te maken dat in het geval van Brazilie de productiecapaciteit niet lineair meegroeit met de beschikbaarheid van geld. Allerlei oorzaken liggen hier aan ten grondslag, te weten; infrastructuur, bureaucratie, niveau van de publieke diensten, informele sector, mate van macro economische stabiliteit, etc. maar de primaire oorzaak is zoals altijd de arbeidsproductiviteit. Mc Kinsey rekende in 2007 al uit dat de arbeidsproductiviteit van een Braziliaan gelijk staat aan 18% van dat van een Amerikaan. En daar zit mijns inziens het probleem. Om deel te kunnen nemen aan de wereldeconomie zal de Braziliaan zijn of haar arbeidsproductiviteit moeten verhogen. Ik schreef zelf al eens (www.boudewijnrooseboom.nl) dat synergie, waarbij het geheel meer is dan de som der delen, in Brazilie welhaast tegenovergestelde effecten genereert. En dat is uitermate funest voor een oververhitte economie waarin de hoge vraag weliswaar tot een daling van de werkloosheid zal leiden, maar waarbij dit nieuwe personeel op termijn ook weer gaat besteden (vragen) met logischerwijs een prijsstijging tot gevolg. En als nu met deze personeelstoename de arbeidsproductiviteit per capita daalt, en dat doet zij sowieso wanneer bedrijven al te maken hebben met een volledig bezette productiecapaciteit, dan komt dat de oververhitte economie en daarmee het probleem van bestedingsinflatie niet ten goede. Scholing, efficiency, ondernemerschap, innovativiteit en noeste arbeid zijn dan de sleutelwoorden. Kom daar maar eens om in Brazilie.


*En daar heb ik mij behoorlijk in vergist. (14-01-2015)

woensdag 28 april 2010

Interview Financieele Dagblad

Een Braziliaan vertrouwt alleen zijn eigen familie

Vijf jaar geleden vertrok Boudewijn Rooseboom naar Brazilië. Het prettige klimaat was een van zijn belangrijkste beweegredenen om zich daar te vestigen. Maar achteraf gezien bleek Brazilië van alle landen waar Rooseboom overwoog naar toe te emigreren, de beste keuze. 


Waarom was Brazilië zo’n goede keuze?

‘Het gaat Brazilië economisch echt voor de wind, van een economische crisis hebben we hier nauwelijks iets gemerkt. De populatie groeit en er is een enorm woningtekort. Veel mensen wonen in sloppenwijken, tientallen miljoenen staan in de rij om een normaal huisje te kunnen kopen. De overheid stimuleert dat ook, bijvoorbeeld door hypotheken te verstrekken.’

Is het een gemakkelijk land om in te ondernemen?

‘Ik vond werken in Nederland nogal saai, niet spannend genoeg. Door de relatieve chaos hier heb je veel meer ruimte om creatief te zijn en je eigen plan te trekken. Maar het kan soms ook erg frustrerend zijn. Je moet veel meer dingen doen om zaken geregeld te krijgen. Als je in Nederland naar een overheidsinstantie belt, krijg je vaak direct iemand aan de lijn die antwoord kan geven op jouw vraag. Hier nemen ze de telefoon niet op, het nummer werkt niet, of de hele telefoonlijn ligt er uit. En als je dan iemand te pakken krijgt, blijkt dat niet de persoon te zijn die je kan helpen. Over iedere stap die je zet, doe je veel langer.’

Hoe gaat u daar mee om?

‘Hoe frustrerend het ook is, je moet het gewoon van je af lachen en doorgaan. Brazilië is geen land voor snel geld verdienen, je moet echt geduld hebben om hier iets te bereiken. Ook financieel moet je een lange adem hebben. Ik zie hier best veel mensen komen met allerlei plannen die dan toch weer aftaaien. Je komt veel gesloten deuren tegen. Die zul je moeten opentrappen.’

Hoe bedoelt u dat?

‘Er is veel bureaucratie. We zijn bijvoorbeeld momenteel bezig met een investeringstraject vanuit Nederland, waarbij er geld binnenkomt via de centrale bank van Brazilië. Om daarmee zaken te kunnen doen, moet je aan heel veel voorwaarden en regeltjes voldoen. Dachten we dat we zover waren, kregen we nóg een lijst met allerlei eisen, waaraan we niet volledig voldeden. Wij stonden meteen met die lijst bij onze accountmanager op de stoep. Die streepte van alles weg en loste het met een telefoontje op. Zo doen Brazilianen dat.’

Leidt dat niet snel tot corruptie?

‘We weten dat er corruptie is, maar we zullen nooit zelf iets onder de tafel betalen. Dat is een geraffineerd spelletje dat wij gewoon niet kunnen en willen spelen. Je begeeft je dan op heel glad ijs. Maar ik vraag me wel regelmatig af waar al het geld dat wij betalen voor licenties en dergelijke heen gaat. Als we overleg hebben met de overheidsbank die hypotheken verstrekt, blijken er ineens allerlei instanties aan tafel te zitten die er ook iets aan willen verdienen. Dat noem ik geen corruptie, eerder inefficiënte geldverdeling.’

Wat is een belangrijke les die u heeft geleerd?

‘In de Braziliaanse economie draait het erom wie je kent. Maar het winnen van vertrouwen is heel erg moeilijk. Een Braziliaan vertrouwt eigenlijk niemand, alleen zijn eigen familie. Het duurt jaren voordat je een goede relatie hebt opgebouwd.’